close
BackgroundNewsStories

Jaquet Droz: drie eeuwen oud maar nog altijd onontdekt (longread)

Een van de meest kunstzinnige en bijzondere merken van Zwitserland vond drie eeuwen geleden zijn oorsprong. Toch is het vooral in Nederland vrij onbekend. Dit is het verhaal van Jaquet Droz, de artistieke telg uit de Swatch Group.

Een vroege creatie van Jaquet Droz, met wat inmiddels de handtekening van het merk is: de 8-vormige wijzerplaatindeling.

In 1721 verklaarde Peter de Grote zichzelf tot keizer en was New York nog gewoon New Amsterdam. In Nederland zelf was de Vrede van Utrecht net getekend en in het Pruisische deel van wat nu Zwitserland is, werd op 28 juli Pierre Jaquet-Droz geboren. Zijn wieg stond in wat we inmiddels kennen als de wieg van de Zwitserse horlogerie: La Chaux-de-Fonds in het Jura-gebergte, vlakbij Neuchâtel.

Alleen mensen die echt van horloges houden, kennen de indrukwekkende staat van dienst die deze man opbouwde in de navolgende jaren en wiens ideeën voortleven in het horlogemerk Jaquet Droz.

In Nederland is het bijzondere merk te koop in de Tourbillon Boutique in de Amsterdamse P.C. Hooftstraat.

Jaquet Droz: de jonge jaren

Hoewel de echte opkomst van Neuchâtel als horlogemakersstad pas in de negentiende eeuw plaatsvond, werkten er ook in de tijd van Jaquet-Droz al veel klokkenmakers in de regio. Zijn vader, Abraham, was een boer, maar enkele andere familieleden en -vrienden waren horlogemakers.

Henri Louis Jaquet Droz.

Abraham Jaquet-Droz wilde dat zijn zoon predikant zou worden, dus studeerde Pierre theologie en filosofie. Eerst aan de universiteit van Bazel en daarna in Neuchâtel. Maar zijn natuurlijke affiniteit met wetenschap en mechanica prevaleerde al snel. In Bazel kwam Jaquet-Droz in contact met de vader en zoon Jean en Daniel Bernoulli van de beroemde familie van wiskundigen en natuurkundigen.

De Bernoullis waren geïnteresseerd in de bouw van ongebruikelijke automatische machines. Waarschijnlijk wekten zij indertijd de interesse van Jaquet-Droz naar degelijke automaten. Daarnaast werd hij beïnvloed door een collega uit Chaux-de-Fonds, genaamd Josué Robert. Hij was horlogemaker van de Pruisische koning, Frederik Willem I. Hoewel Robert niet de docent was van Jaquet-Droz, leidde hij hem door zijn vroege carrière.

In 1738 maakte Jaquet-Droz zijn eerste uurwerk. Twee jaar later begon hij aan een zevenjarige opleiding. In het laatste jaar van zijn studie ontving hij een belangrijke eer: de gouverneur van Neuchâtel en vertegenwoordiger van de koning van Pruisen, kwam naar La Chaux-de-Fonds om een ​​van zijn klokken te bekijken. Jaquet-Droz maakte al snel regelmatig reizen naar Parijs en leerde daar vooraanstaande horlogemakers kennen.

Onder hen ook Ferdinand Berthoud, die later een van de eerste grote chronometer-makers zou worden. Terwijl hij zijn vaardigheden aanscherpte, ging de interesse van Jaquet-Droz verder dan standaard klokken.

Trauma en glorie

In 1750 trouwde Jaquet-Droz met de dochter van een leverancier van klokkenkasten uit La Chaux-de-Fonds. Ze verhuisden naar een nieuw huis en een nieuwe werkplaats waar hun drie kinderen werden geboren: Julie, Henri-Louis en Charlotte. Maar het noodlot sloeg toe: zijn vrouw stierf na de geboorte van Charlotte, en Charlotte zelf stierf kort daarna. De klokkenmaker is nooit hertrouwd

Deze sterfgevallen werden gevolgd door een van de mooiste momenten in de carrière van Jaquet-Droz. Een plaatselijke emailleur stelde hem voor aan de nieuwe gouverneur van Neuchâtel, Lord George Keith. Keith, een Schot, had nauwe banden met Spanje. Keith regelde dat zijn ontdekking zijn werken aan de Spaanse koning Ferdinand VI kon laten zien. Op 4 april 1758 verliet Jaquet-Droz La Chaux-de-Fonds vergezeld door zijn assistent Jacques Gevril en zijn schoonvader Abraham-Louis Sandoz. De reis naar Madrid duurde 49 dagen, reizend via Lyon en Barcelona.

De klok ‘Le Berger’ van Jaquet Droz.

Een van de stukken die Jaquet-Droz aan de koning liet zien – en dat nog steeds bestaat – heette Le Berger of De Herder. Klokken-historicus Alfred Chapuis noemde dit onlangs ‘een van de meest gevierde automaten en astronomische klokken in de wereld’.

De klok toont een uitgebreide pastorale scène. Kleine menselijke figuren komen tevoorschijn op een balkon en verdwijnen weer. Boven op de klok zit een herders in een boom met een fluit aan zijn lippen. Een van de bijzonderheden van Le Berger is dat de herder inderdaad melodieën op de fluit speelt, door het mondstuk blaast en de gaten bedekt met zijn vingers om de toonhoogte te veranderen. Ondertussen bewaakt een kleine hond in de buurt een fruitmand. Wanneer een persoon naar de klok reikt en een stuk fruit verwijdert, blaft de hond. Naast deze automaten had Le Berger tal van complicaties, waaronder een grande sonnerie, eeuwigdurende kalender en barometer.

De Spaanse koning betaalde fors voor de automaten die de klokkenmaker meegenomen had. Bij aankomst terug in Zwitserland gebruikte hij dat geld om zijn werkplaats uit te breiden. In zijn leven zou hij een aantal bijzondere mechanische creaties produceren, waaronder De Schrijver, dat een jongen toont die achter een bureau zit en begint te schrijven terwijl zijn ogen de letters volgen. Een andere automaat, De Tekenaar, was voornamelijk het werk van zijn zoon, Henri-Louis. De ‘Jaquet-Droz-automaten’ worden nog altijd gezien als meesterwerken van werktuigbouwkunde.

Lees ook: de majestueus mooie Glashütte Original PanoMaticCalendar

Uitbreiding

Aangewakkerd door het succes van de automaten groeide het familiebedrijf tot ver buiten het kanton Neuchâtel. In 1774 opende Henri-Louis een filiaal in Londen dat zich richtte op de verkoop van Jaquet-Droz horloges en automaten aan China. Er was veel vraag naar weelderig versierde klokken en horloges, die vaak per paar verkocht werden. In 1783 gaf Henri-Louis het kantoor in Londen in handen van Henri Maillardet, een medewerker uit Neuchâtel. Het hoofdkantoor van het bedrijf bleef in La Chaux-de-Fonds, onder toezicht van Pierre Jaquet-Droz. Het bedrijf bereikte het hoogtepunt van zijn succes in 1786 en 1787.

Het verval volgde echter snel daarna. Toen de gezondheid van Pierre verslechterde, trok hij zich terug in Biel, waar hij in 1790 stierf. Hij werd daar op het stadskerkhof begraven. Slechts een jaar later stierf zijn zoon Henri-Louis in Napels. Adoptiezoon Leschot, die eveneens al jong bij het atelier betrokken was, kreeg de leiding over het bedrijf. Hij worstelde om het in stand te houden tot zijn eigen dood in 1824.

Toen was de mode voor nieuwigheden zoals die van Jaquet-Droz echter al een poosje voorbij. Toen de Franse Revolutie en het Napoleontische tijdperk het aanzien van Europa veranderden, ebde de belangstelling voor deze weelderige luxe weg. Veel van de grote Jaquet-Droz-stukken zijn in de daaropvolgende decennia verloren gegaan. Tegenwoordig zijn enkele daarvan te zien in het Musée d’art et d’histoire de Neuchâtel.

Jaquet Droz: Nieuw begin, oude filosofie

In 2000 kocht de Swatch Group de rechten op de naam Jaquet-Droz om het vervolgens nieuw leven in te blazen. Daarmee kreeg het merk een nieuwe dimensie die al even bijzonder is. Het huis is gespecialiseerd in luxe horloges waarbij veel gebruik wordt gemaakt van dezelfde technieken die de horlogemaker gebruikte voor zijn horloges, zoals verfijnd emailleren en paillonnée. Een van de belangrijkste handtekeningen van het merk is de grande seconde, geïnspireerd op een zakhorloge van het huis. De wijzerplaat heeft twee overlappende ringen, waarbij de grotere de seconden op zes uur weergeeft.

Daarnaast gebruikt het huis veel gebruik van klassieke ambachten, ook wel métiers d’art genoemd. Van grand feu emaille tot mechanische zangvogels tot zeldzame mineralen en bijzondere uurwerkcomplicaties: Jaquet Droz creëert eigenlijk meer kunstwerken dan horloges. Een prachtig voorbeeld daarvan is de nieuwste introductie.

Speciaal voor de driehonderdste geboortedag van Pierre Jaquet-Droz introduceerde het merk namelijk de Bird Repeater 300th Anniversary edition.

De wijzerplaat in wit parelmoer en zwarte onyx is voorzien van details van achttien karaats rood goud. Meerdere vogelanimaties, het uitkomen van eieren en de rivier op de achtergrond blazen deze creatie tot leven. Dit schouwspel van ingewikkelde animaties, volledig gegraveerd en met de hand beschilderd, resoneert met een minute repeater, die is ondergebracht in de roodgouden kast van 47 millimeter.

Jaquet Droz Grande Seconde Moon 300th Anniversary

Een ander prachtig stuk dat voor deze verjaardag is geïntroduceerd, is de Grande Seconde Moon 300th Anniversary-editie (zie ook de openingsfoto). Dit horloge heeft een achttien karaats roodgouden kast, waarin het 2660QL4 zelfopwindende uurwerk is ondergebracht, met een gangreserve van 68 uur, evenals een siliciumbalansveer.

Jaquet Droz heeft het horloge uitgerust met een maanfase ongeëvenaarde nauwkeurigheid geeft. Dit kaliber vermindert de gebruikelijke foutmarges van de maanfaseweergave aanzienlijk en vereist slechts een enkele aanpassing om de 122 jaar. Dit komt zo dicht mogelijk bij een echte synodische revolutie (29 dagen, 12 uur en 45 minuten voor de Grande Seconde Moon, voor een werkelijke omwenteling van 29 dagen, 12 uur, 44 minuten en 2,8 seconden), dit mechanisme rust op een maanschijf met 135 tanden (in plaats van de gebruikelijke 59) en garandeert het stuk een eeuwenoude precisie die kan worden aangepast met een stylus, met behulp van een onzichtbare corrector die om 8 uur in de behuizing is verborgen.

Een prachtig staaltje klassieke haute horlogerie, waar Pierre Jaquet-Droz honderden jaren geleden alleen van had kunnen dromen.

Voor meer informatie, zie tourbillon.com/en/boutiques/amsterdam

Gandor Bronkhorst

The author Gandor Bronkhorst

Horloge-expert en drijvende kracht achter de online kanalen van 0024. Schrijft longreads en volgt horlogenieuws op de voet. Met een carrière bij onder andere Esquire, Monochrome en De Telegraaf kent hij de horlogerie van binnen en buiten.